Vanaf 1 januari 2015 wordt een belasting van 10% ingevoerd op het wereldwijde inkomen.
Er zijn twee categorien van inkomen die belast worden : het algemene inkomen en het inkomen uit spaarproducten. ( art.4 IRPF)
Beide categorien hebben niet de gelijke vrijstellingen of mogelijkheden tot aftrek van kosten. Algemeen inkomen heeft bijvoorbeeld een vrijstelling van 24000 € en inkomen uit spaarproducten 3000 €.
Algemeen inkomen ( renda general ) is inkomen uit :
1 salaris ( rendes de treball )
2. inkomen van zelfstandigen ( rendes de activitats econòmiques )
3. verhuur ( rendes del capital immobiliari )
Inkomen uit spaarproducten is :
1. Inkomen uit roerend kapitaal ( intresten , dividenden en inkomen uit andere financiele instrumenten )
2. inkomen uit meer of minwaarden van kapitaal. ( meerwaardebelasting op spaarproducten )
Vrijstellingen :
Voor beide voormelde categorien bestaan er vrijstellingen die elders op deze website besproken worden.
Op deze website wordt vooral ingegaan op de belastingen die van toepassing zijn op passieve residenten.